Bij het NOS-jaaroverzicht van 1978 is te lezen: “Na eindeloos overleg, de Israëlische bezetting van Zuid-Libanon en een zware Palestijnse aanslag, ondertekenen Israël en Egypte in Amerika het historische Camp David-akkoord: de oorlog tussen de twee landen is voorbij en Israël geeft de in 1967 bezette Sinaï-woestijn terug aan Egypte.” Je zou vele jaaroverzichten kunnen vinden waarin wel iets geschreven is over Israël in een conflictsituatie. Houdt het ooit op?
Ik voel verbondenheid met Israël. Vanuit mijn christelijk geloof weet ik dat het Joodse volk het oorspronkelijke volk van God is. Vanuit en met dat volk heeft God Zijn plan met de wereld ontvouwd. Israël heeft dus een belangrijke plaats in Zijn plan.
Kun je überhaupt een genuanceerde mening hebben?
Ik zie ook de realiteit van conflicten en politieke beslissingen waar vragen bij te stellen zijn. Hoe ga ik als christen hiermee om? Kun je überhaupt een genuanceerde mening hebben? En dan de vraag: kun je een is-gelijk teken plaatsen tussen de huidige staat Israël en het Israël (het Joodse volk) zoals we dat in het Oude Testament hebben leren kennen?
Na de verschrikkelijke terroristische aanval van 7 oktober 2023, vandaag een jaar geleden zijn de ogen van de wereld extra gefocust op het Midden-Oosten. Israël en de Palestijnse gebieden zijn wederom het toneel van geweld en chaos. Nu ook Zuid-Libanon weer in de strijd tegen Hezbollah. Hamas’ brute aanval op 7 oktober 2023 is voor Israël het startschot geweest voor een harde tegenreactie. Beelden en verslagen van slachtoffers en verwoestingen komen binnen via de media. Maar hoe evenwichtig is de berichtgeving?
Als je het nieuws volgt, lijkt het soms alsof uitsluitend Israël de agressor is en Hamas de onschuldige underdog. Bij sommige verslaggevers merk je een pro-Palestijnse houding. Ze lijken te vergeten dat Hamas een terroristische organisatie is met een verleden van geweld en haat. En met een doel: het vernietigen van Israël. De gewelddadige acties van Hamas konden niet onbeantwoord blijven door Israël. Iedereen wist dat er een reactie zou komen, ook Hamas. Dat deze reactie hard is, valt niet te ontkennen. Maar laten we niet vergeten wie op 7 oktober 2023 de lont in het kruitvat stak. Gelukkig is er op TV ook ruimte voor nuance. Zondag was NAVO Luitenant-admiraal Rob Bauer te gast bij Buitenhof. Dan hoor ik een heel wat nuchterder geluid. Hij gaf een duidelijke uitleg over hoe het nou zit met het internationaal oorlogsrecht. Dan valt des te meer op dat veel verslaggevers vaak vanuit een onderbuikgevoel praten.
Laat ik duidelijk zijn: elk slachtoffer, aan welke kant dan ook, is een mensenleven, en een te veel. De sympathieën van een groot deel van links Nederland liggen overduidelijk bij de Palestijnen. Vooral de beweging die ik nu maar even ‘woke’ noem, die vaak hard schreeuwt over rechtvaardigheid, neemt hier een opvallende positie in. Het is bijna ironisch en tegelijk een vreemde paradox, want de ideologie die zij op verschillende thema’s zo enthousiast verdedigen, wordt door de meerderheid van de Palestijnen zelf als verwerpelijk westers gezien.
...bij wijze van spreken zonder pardon van een flatgebouw gooien.
Een voorbeeld: de ‘Queers for Palestine’ stonden met Hamas- en jihadvlaggen te zwaaien. Als die groep door de straten van Gaza zou wandelen, zouden ze hen bij wijze van spreken zonder pardon van een flatgebouw gooien. Die haat tegen westerse ideeën zit daar diepgeworteld en dat lijken sommigen compleet over het hoofd te zien. Ik heb vooral grote moeite met het feit dat men vanuit de linkerhoek steeds maar roept dat iedereen precies moet vinden wat zij vinden. Vrijheid van meningsuiting staat voorop, maar dat begrip lijkt voor sommigen maar één kant op te werken.
Terug naar Israël. Ik schreef al: het volk Israël is voor ons van grote betekenis. Het is onze grote broer. God heeft het Joodse volk Israël lief, zoals de Bijbel ons leert. Maar liefde en correctie horen wel bij elkaar.
“Toen Israël nog een kind was, had Ik het lief;
uit Egypte heb Ik mijn zoon geroepen.
Hoe harder ze geroepen werden,
hoe meer ze hun eigen weg gingen.
– Hosea 11:1-2a (NBV21)
In Hosea spreekt God over Israël met diepe genegenheid, maar ook met teleurstelling. God beschrijft hoe Hij hen leidde, hen op de arm nam, maar ook dat ze Hem niet wilden erkennen. Het is een beeld van een liefdevolle Vader die Zijn kinderen opvoedt met zowel tederheid als discipline. Kunnen wij ook zo kijken naar de huidige situatie? Israël is niet per definitie onschuldig en boven alle kritiek verheven. Maar het is ook niet eerlijk om hen te demoniseren, alsof er geen geschiedenis van geweld en haat aan de andere kant van het conflict bestaat.
En waar sta ik als christen in dit alles? Mijn geloof vraagt naastenliefde, ja, zelfs voor vijanden. Maar dat betekent niet dat we onze ogen moeten sluiten voor onrecht, waar het ook vandaan komt. Israël, het volk van Gods verbond, heeft net als in de dagen van het Oude Testament soms ook Gods correctie nodig.
...alle rottigheid van deze wereld op Zich nam aan een kruis. En dat deed voor Joden en niet-joden.
Maar wij mogen nooit vergeten dat Gods liefde voor Zijn volk blijft, net zoals onze verbondenheid met hen blijft. Vanuit mijn christelijke overtuiging geloof ik dat Jezus Christus, die tweeduizend jaar geleden rondliep op deze aarde, alle rottigheid van deze wereld op Zich nam aan een kruis. En dat deed voor Joden en niet-joden. Maar wel in de eerste plaats voor Zijn verbondsvolk. En wij mogen allen meedelen in de redding, waardoor deze redding voor de hele wereld binnen bereik is.
Wat mij betreft is er in deze situatie ruimte voor twee waarheden. Ja, Israël reageert fel, misschien te fel, maar ze hebben het recht om zichzelf te verdedigen. En ja, er moet ook compassie zijn voor Palestijnen die onder het juk van Hamas en Hezbollah leven.
Dan heb ik de vraag nog niet beantwoord of je een is-gelijk teken kunt plaatsen tussen de staat Israël van nu en het Joodse volk zoals we dat in het Oude Testament hebben leren kennen. Ik vind het oprecht heel lastig om dit los van elkaar te zien. Maar in mijn zoektocht naar een evenwichtige visie op Israël ben ik daar nog niet uit en sta wat dat betreft open voor feedback. Hoe dan ook, achter Israël staan is voor mij niet hetzelfde als alles goedkeuren wat de huidige regering doet. Een kritische blik en liefde sluiten elkaar niet uit. Ze vullen elkaar aan.
Daarom is het soms maar beter om niet al te stellig te zijn.
In een moeilijk Bijbelgedeelte, waar velen zich het hoofd over hebben gebroken, schreef Paulus met een diepe bewogenheid over zijn eigen volk.
“Wat ik nu ga zeggen, is de volle waarheid. Christus weet dat ik niet lieg: ik ben kapot van verdriet over mijn eigen volk, de Joden. Echt, ik meen het, de heilige Geest weet dat het waar is…
…Een deel van de Joden gelooft niet in Jezus Christus. Toch blijven Gods beloftes voor zijn volk gelden. Maar niet iedereen die een Jood is, hoort ook echt bij het volk van God.”
– enkele verzen uit Paulus brief aan de Romeinen 9:1-6 (BGT)
Maar wat wil Paulus hier nu eigenlijk precies zeggen? Ik weet het niet. Daarom is het soms maar beter om niet al te stellig te zijn.
Laten we elkaar als christenen niet spreekwoordelijk de tent uitvechten met onze overtuiging hoe we naar Israël moeten kijken. Laten we dit volk gedenken in onze gebeden. En bidden voor de daders en slachtoffers aan beide kanten.